Travel

Donderdagochtend begon ik de dag in, en ik durf het bijna niet te zeggen, maar in Le Pain Quotidien. Jaahaaaa het is een soort Starbucks en ik zit goddikkie in New York met duuzend miljoen miljard fantastische zaken maar ik wilde van 08:00 uur tot 13:00 uur ergens zitten met WiFi en dan is de Pain gewoon de allerbeste keus. Dus.

Om 14:00 uur had ik een afspraak een stuk meer uptown, en daarna ben ik naar beneden gelopen richting het MoMA. Of eigenlijk, richting de Richard Avedon Foundation die daarboven zit. Dankzij Mays HNTM-jurycollega Dirk Kikstra mocht ik daar namelijk even komen kijken. De Foundation bewaart al het werk van wijlen Avedon, zorgt dat het geëxposeerd wordt, dat er boeken van worden gemaakt en dat zijn legacy bewaakt blijft. Maar vooral liggen er meer dan 5000 (!) negatieven en afdrukken, keurig opgeborgen in grote archiefkasten die in een kamer staan waar de temperatuur en luchtvochtigheid strak in de gaten wordt gehouden en gereguleerd wordt. James, met wie ik de afspraak had, laat me alles zien en toen ik zo in dat fantastische archief stond kon ik eigenlijk vooral denken aan dat ik zo hoop dat Bills werk ooit ook zo goed bewaard zal blijven.

Avadon zit re-de-lijk in de buurt van Bergdorf Goodman en voor ik er erg in had glipte ik door de grote zware draaideuren en stond opeens zo pats boem bam op de schoenenafdeling. Heel gek hoe dat gaat. Er was sale, er waren Manolo’s, er was grote innerlijke strijd bij mij – wel niet wel niet wel niet. Ook met sale waren ze nog een goede $600 en ook al leek me dat op een gegeven moment een volstrekt logisch bedrag voor schoenen van wit (!) satijn, goddank vond ik m’n rationeel vermogen weer terug en heb ze niet gekocht.

Na dat bijna-incidentje loop ik terug naar het hotel, haal m’n laptop op en ga in de hotelbar op het dak verder werken. In de avond heb ik met Kirsten van Suitsupply afgesproken en in de (stikdonkere) bar van het Ace Hotel drinken we wijn en praten we over mannen leven liefde – what else. In plaats van een taxi of metro terug te nemen besluit ik de 26 blokken te lopen, wat echt een feestje was want New York by night blijft favoriet.

Donderdagochtend begin ik een paar blokken down mijn hotel bij de showroom van Tadashi Sohji, een fantastisch mooi merk dat we tijdens fashion week hier op de site live hebben uitgezonden. De resort 2016 collectie hangt aan de rekken en ik kan u zeggen, het was écht heel erg mooi. Na alles uitvoerig bepoteld en bejubeld te hebben wandel ik met laptop onder m’n arm over Fifth Avenue en ga een willekeurig restaurant in voor een tik en een hap, om daarna mijn inner tourist uit te laten bij de Top Of The Rock. Als in, het allermooiste uitzicht ooit. Ik heb deze week nog meer toeristische dingen gedaan en ik ga jullie er nog een keer uitgebreid over vertellen. Erna kwamen nog wat afspraken en dan moet ik als de sodemieter terug naar hotel om te tutten voor de spieg (das Amayzine’s voor “spiegel”).

Want, donderdagavond was discoavond met onze Bo. We begonnen met een fles wijn (misschien twee maar dat zeggen we tegen niemand) bij Sant Ambroeus in Soho. Waar, belangrijk detail, een paar uur daarvoor Johannes Huebl een potje backgammon zat te spelen. Goed fles 1 werd dus fles 2, er was heus wel wat eten maar niet genoeg om ons hoofd koel te houden dus redelijk tipsy springen we in een tax (das Amayzine’s voor “taxi”) richting Meatpacking. Er was een feestje van Boohoo.com waar Bo voor was uitgenodigd, en daarna gingen we naar de buren: Dream Hotel. En dat was best een dream.  

Bovenop het dak staan we met uitzicht over de hele stad ontzettend gin tonics te drinken, een wagonlading aan selfies te maken en rare gesprekken te voeren met net iets te oude opdringerige mannen. Eentje vroeg op een gegeven moment aan mij, toen ik zonder het door hem gekochte drankje in mijn handen stond: “Do you not like the gin tonic I bought for you?” Dat soort mensen dus. Vrij walg (das Amayzine’s voor “walgelijk”).

Afijn, we gooien nog een heup naar links en rechts op de dansvloer maar eigenlijk hebben we veel te vroeg gepikt en rollen dus om een uur of 2 richting lift en richting huis. Bo werd de volgende ochtend wakker op haar bank met kleren nog aan (sorry Bo dat ik dit met de wereld deel maar ik vind het té grappig) en ik heb het op een wonderlijke manier nog voor elkaar gekregen om m’n koffer in te pakken en ging daarna out.

De volgende ochtend werd ik weer om 07:00 uur wakker met een beetje een zwaar hoofd. De dag van vertrek. Ik had een heel dagprogramma bedacht want m’n vlucht ging pas ’s avonds laat, dus ik wilde het Guggenheim nog zien en als het even kon ook een rondje Central Park, en nog zo wat. Maar als ik liggend in bed probeer in te checken voor mijn vlucht, krijg ik steeds een foutmelding. Iets over dat ik niet meer online kon inchecken, en dat ik op de luchthaven om assistentie moet vragen. Ik pak m’n kamer verder in, check uit van het hotel en wilde al een transfer regelen naar JFK als ik besluit dat ik toch echt liever nu incheck in plaats van daar. Maar het is gedoe en error error en als ik uiteindelijk achter een computer zit (want misschien lag het aan m’n telefoon) blijkt iets vreselijks aan de hand te zijn.

Mijn vlucht ging gisteravond. Gi-ster-a-vond. Paniek. Totále paniek. Hoe dit afliep ga ik enorm GTST-cliffhanger-style bewaren voor een volgende post. Voor nu, de New York-diary’s zitten er dus weer op. Tot september, want dan zijn we er weer. En hoe leuk en geweldig deze week ook was, ik kan niet wachten om hier weer met m’n Amayzine-meisjes te zijn. Dag New York! Tot snel!

Travel
Top 3
Trending Topics
Top 3