Waarom je 1x per jaar met je broer op vakantie zou moeten gaan

Als kind was ik een tijd lang boos op mijn oudere zus. Ze was namelijk een meisje en geen jongen en dat vond ik stom. Ik wilde een broer.

Het liefst een oude broer. Een grote broer. Maar vooruit, als dat niet meer kon, dan maar een broertje… Nee. Ik kreeg nog een zusje. Twee zussen dus. Laaiend was ik op mijn moeder. Jaloers keek ik naar vriendinnen die wél een broer hadden, broers die hun zusjes altijd beschermden als dat nodig was. Broers die coole vrienden hadden waar jij dan verliefd op kon worden. Broers die zo leuk en knap waren dat al jouw vriendinnen verliefd waren op hem en waar jij dan supertrots op was omdat alleen jij zijn zusje was.

Ongeveer 80 procent van de mensen groeit op met een broer of zus – vaker wonen we in onze jonge jaren samen met een sibling dan met een biologische vader, blijkt uit de statistieken. En broers en zussen zijn belangrijk voor de sociale en mentale ontwikkeling van een kind. Ze zijn bijna net zo belangrijk als een vader en moeder, aldus psychologen, omdat ze meer spelen met een broer of zus.

Als je het geluk hebt een broer te hebben, ga dan vooral elk jaar met hem op vakantie. Plan het nu alvast, dan komt het er in 2020 tenminste van. Want het is héél belangrijk:

1.  Je broer is een man. En mannen praten over het algemeen vrij weinig over hun gevoelens en hun leven. Op een vakantie komt er misschien méér uit dan ‘godver Ajax heeft verloren’.
2.  Je broer kent je. En jij kent hem. Maar jullie hebben drukke levens, waardoor je elkaar soms wat minder kent in het dagelijks leven. Pak die tijd samen.
3. Met een broer maak je geheid lol: reken maar dat je 76 biertjes drinkt op het strand.
4. Een broer is altijd in voor wat keten, kattenkwaad of een geintje hier en daar. Je verveelt je zeker niet, al ga je naar Hubbekutteveen.
5. Broers hebben de wildste verhalen te vertellen over vrouwen, feesten, vrienden. Heerlijk.
6. Broers zorgen ervoor dat je andere dingen doet op vakantie dan dat je eigenlijk zou doen. Denk maar aan bungeejumpen, kitesurfen, waterskiën. Je moet opeens mee. Je eet opeens sprinkhanen en wagyubeef. En stiekem is het best wel cool om zulke dingen gedaan te hebben samen.
7.  Je broer is je vriend voor het leven. Wat is er fijner dan het leven nu samen delen, ergens on top of the mountain, languit op het witte strand of tussen de koala’s in Australië?

Inmiddels ben ik niet meer zo boos. Ik ben stiekem toch wel erg blij met een grote en een kleine zus. Ik heb namelijk al heel wat kledingstukken kunnen lenen en wat goede gesprekken kunnen voeren. Blijven jullie maar gewoon wie jullie zijn, goed? Dat kattenkwaad haal ik wel uit met mijn zoontjes. En anders hebben we altijd papa nog.