Dingen die je herkent als je een kat hebt

Terwijl ik dit schrijf ligt mijn Pebbles heel content naast me te knorren, half slapend. Heerlijk, zo’n middag ontspannen en werken thuis terwijl je kat een beetje om je heen dartelt. Pebbles logeert altijd bij mijn ouders als ik in het buitenland ben, en als ik dan terugkom in een leeg huis denk ik elke keer: hier klopt iets niet. Er moet een miauwend wezen rondlopen, anders is dit huis sfeerloos. Herkenbaar? Dan komen onderstaande punten vast ook erg bekend voor.

1. Je dacht misschien dat jij een vast ritme en routine hebt, maar schijn bedriegt
Je kat heeft die namelijk ontworpen en jij past je slechts aan. Acht uur wil je kat ontbijten? Dan ga jij je bed uit. Om elf uur wil je kat slapen? Dan blijft-ie gewoon miauwen tot jij richting bed gaat.

2. Niets op tafeltjes is veilig
‘Nee, NEE, niet doehoe—‘ *pok* En dan zich erna heel onschuldig gaan wassen.

3. Ze kunnen snurken — en hárd ook
Mijn Pebbles doet dat ook, en de katten voor haar nooit — dus ik schrok best wel de eerste keer dat ze naast me lag te ronken.

4. Ze moeten vermaakt worden, anders kunnen ze grimmig worden
Sowieso is het zielig als ze weinig entertainment hebben, maar je zal het ook merken: ze zullen álles kapot maken. Hier kan je natuurlijk zelf heel veel aan doen.

5. Maar ook als ze heel blij zijn, hebben ze alsnog de zoomies
De zoomies: ook wel het ‘gekke kwartiertje’ genoemd. Een korte periode waarin je kat als een bezetene rondrent en allerlei dingen die er niet zijn achterna lijkt te zitten. De kans is negen op tien dat ze erna in coma gaan liggen.

6. Ze merken het wanneer je niet lekker bent
Of je nu echt ziek bent, of verdrietig — ze voelen het aan en wijken niet van je zijde. Wat moeten we toch zonder ze, hè?