Een dag voordat ik naar Parijs vertrok -om daar het laatste shot fashionweek tot me te nemen- had ik bardienst bij Boulevard. Vlak voor de uitzending kwam redacteur Monique naar me toe met een vers bericht. Marc Jacobs zou stoppen bij Vuitton. Hoor en wederhoor indachtig, smste ik mijn Vuitton-vriendin Annemieke. Ik weet van niets, was haar geruststellende sms. De uitzending liep enorm uit waardoor mijn modenieuwtjes vervielen. Iets wat ik normaal heel jammer zou vinden. Nu was ik er blij mee. Ik dacht niet meer aan Marc en een mogelijk vertrek. Nou ja. Ik probéérde er niet aan te denken.
De dag erna nam ik de Thalys naar Parijs. En een taxi naar mijn hotel in St.Germain. De invite voor de Vuitton-show lag al keurig in mijn hotelkamer op me te wachten. En ook nog eens een cadeau van de familie Vuitton. Zie je wel, niets aan de hand.
Toch had ik een vreemd gevoel op de bewuste woensdagochtend. Alsof ik voelde dat ik straks zomaar een historisch moment mee zou kunnen maken. Ik besloot dan ook om alles vast te leggen en fotografeerde elke vip en wannabe die het cours carré van het Louvre opwandelde. Ik ging zo op in het moment dat ik bijna de tijd vergat. 09:55U! En de show van Vuitton is de enige van alle fashionweeks die stipt op tijd begon.
“Vite, vite, allez” schreeuwde de strenge poortwachter.
Ik holde naar binnen. Maar Miranda Kerr die drie minuten na mij arriveerde, trof een dicht hek. Intussen denderde ik in een stroom van wanhopige modemensen naar de enige poort die nog open was. Backstage! De show was begonnen. Te vroeg! We drommen bijeen bij een groot scherm. Ik zag een zwart podium. De caroussel, de roltrappen, de gang met hotelkamers, de stationsklok. Allemaal key-elementen van vorige shows. Een blik op de setting opgeteld bij de treurmuziek die klonk was genoeg. Dit was het opus magnum. Marc was about to leave the building. Op de een of andere manier gaf het wel troost. Zo schouder aan schouder backstage met andere modemensen. We deelden een blik, slaakten een zucht en vergaapten ons aan al dat beeldschoons dat zich aan ons voltrok.
“Ach, dat maken wij natuurlijk heel anders mee. Wij zijn bezig met ons werk, met het moment. En ik droeg het badpak. Ik liep weer eens in mijn blote kont.”
Na afloop van de show bleef ik plakken op het plein. Het klinkt ongetwijfeld overdreven maar de vergelijking met een begrafenis en het niet weg willen gaan van de begraafplaats was er. Toen echt iedereen weg was, dronken wij een koffie bij café Ruc. En daar troffen we Saskia de Brauw die net deze historische show gelopen had. Ik vertelde haar van het scherm en de TOESTAND en vroeg haar welke outfit zij had gedragen. Want dat had ik door dat irritante scherm weer niet kunnen zien. En hoe het voelde om mee te lopen in zo’n gedenkwaardige parade. “Ach, dat maken wij natuurlijk heel anders mee. Wij zijn bezig met ons werk, met het moment. En ik droeg het badpak. Ik liep weer eens in mijn blote kont.”
Lang leve de relativering. En dank Saskia. Ik kon weer door.