5 OPENHAARDRESTAURANTS
waar je moet zijn geweest
Opeens voelt het meer als Antarctica, trotseer je sneeuwstormen en lijd je aan chronisch snotteren. En met opeens bedoel ik ook ‘opeens’. Vandaag genieten we nog van de zon, de frisse maar fijne bries en al het andere dat gepaard gaat met de lente in New York. Morgen kan het over zijn. Als een donderslag bij heldere hemel. Zo gaat het hier altijd met de seizoenswisselingen. Van koud naar warm is ieder jaar weer als een verrassingsfeest. Maar de andere kant op is toch minder vreugdevol. Dus ik geniet nog even van die zon en al dat andere dat gepaard gaat met vandaag. Want misschien moet ik als ik straks wakker word weer handschoenen aan.
Hoewel ik (en waarschijnlijk velen met mij) beter gedij in warmere atmosferen, moet ik ook bekennen dat winter in New York toch echt hoort. Want als het niet sneeuwt, is de hemel strakblauw, zijn de straten ijskoud, maar is de stad prachtiger dan ooit. Daarbij geldt bij winter altijd: des te ijziger buiten, des te knusser binnen. Je weet wel, van die avonden met rode wijn en gerechten met cranberrysauzen hangen voor de open haard. Ach, toch wel leuk, die winter dan.
Mocht je zelf geen open haard hebben, dan kun je hier terecht. Knusheid, warmte én heerlijke gerechten. Met of zonder cranberrysaus, maar nooit zonder rode wijn.
Il Buco
Dit restaurant ergens in Soho is het summum van heerlijk, knus en romantisch uit eten. De open haard flikkert, er is kaarslicht op tafel en even waan je je in een artistiek mediterraans sprookje. Geserveerd wordt een combinatie van de Italiaanse en Spaanse keuken. En dat smaakt bij Il Bucco verrukkelijk. Ja, dit plekje is het summum van wat je wilt op een winterse sneeuwdag.
The NoMad Hotel
Met rode velours zijn de zachte stoelen bekleed. Ze zijn zelfs zo zacht dat je er helemaal in weg zakt. De gordijnen zijn altijd gesloten. Door al dat stof is de akoestiek als een zegen in deze stad. Het is slechts geroezemoes wat er klinkt. Wat een genot. Verder lijkt het op een scène uit The Great Gatsby. De tafels, de haarden, de verschillende kamers… En dan die menukaart. Bestel alsjeblieft het kippetje voor twee. Dat is het paradegerecht van The NoMad en daar ben ik het (na twee keer proeven) volledig mee eens.
Alta
In een 19e eeuws herenhuis in Chelsea vind je Alta. Mijn favoriete plek voor tapas. De open haard, houten luifels en hoge plafonds maken het plaatje helemaal af. Dus ja, niets meer aan toe te voegen.
The Spotted Pig
Er hangt van alles aan de muren: geweien, gekke schilderijtjes… De banken zijn bekleed met een Schotse ruit. Soms beland je op een wiebelend krukje. Maar dat maakt niet uit. Liever dat gewiebel voor een open haard dan in die rij staan in de sneeuw. Want een rij staat hier bijna altijd voor de deur. En al jaren. Maar dat snap ik wel, want The Spotted Pig is een gegeven in New York. Ook voor de knusheid, maar zeker voor het vlees. Van burger tot steak, ze hebben het allerbeste. Oh en had ik al gezegd dat het zo gezellig is hier? Vooral in de winter.
TINY’S
De naam is geen toeval. Tiny’s is ‘tiny’, maar reuze gezellig. Natuurlijk met open haard en een scala aan typisch Amerikaanse gerechten met een vleugje Frankrijk. De muren zijn versierd met antiek behang en het plafond is van tin. Helemaal zoals het hoort bij dit restaurant gevestigd in een gebouw uit 1810. En niet alleen van binnen, maar met een heel kleine lichtroze gevel is Tiny’s ook van buiten zo gezellig.