DJ-duo Charlie Stripe gooide hoge ogen tijdens zijn optreden bij het festival Georgies Wundergarten en sowieso zijn ze beheurlijk lekker bezig. Is het flauw als ik nu zeg dat ze er ook beheurlijk lekker uitzien? Ja hè? Bovendien gaat het daar nu helemaal niet om, het gaat om hun stiekeme pleziertjes en genotjes, dus laten we snel overgaan tot die belangwekkende zaken.
Welk nummer zing je stiekem onder de douche?
Mick: “Barbara Keith met All Along the Watchtower (Rayko edit).”
Pieter: “Ik kan niet zingen, ook niet stiekem.”
Wat is je grootste zinloze irritatie?
Mick: “Als Pieter zijn paspoort weer eens kwijt is terwijl we al op het vliegveld staan of wanneer hij te laat komt voor een gig, terwijl ik alweer alleen ben begonnen. Allemaal zinloze irritaties, want hij gaat het toch nooit leren.”
Pieter: “Ik erger me vooral aan Mick als hij zich weer eens irriteert.”
Heb je een dwangneurose?
Mick: “Beetje vreemd maar ik frummel de hele dag aan de onderkant van mijn shirt. Door mijn ADHD zit ik sowieso niet veel stil en als ik de hele dag op tafel ga trommelen wordt iedereen gek van mij. Dat frummelen is mijn silent uitlaatklep.”
Pieter: “Ik kan zo een-twee-drie niet echt iets bedenken. Ik ben over het algemeen redelijk mellow.”
Heb je een gênante hobby?
Mick: “Ik houd van boetseren, ook wel kleien genoemd. Lekker met mijn handen in de prut.”
Pieter: “Ik ga regelmatig alleen naar de bios.”
Vertel je wel eens een leugentje om bestwil?
Mick: “Ja natuurlijk, dat doet vrijwel iedereen.”
Pieter: “Ik geloof wel in karma, maar als het om bestwil gaat zijn mijn intenties goed. Dus daar kan ik mee leven.”
Wat is je grootste verslaving?
Mick: “De groene Fisherman’s Friend en verder kan ik er lang of kort over praten, maar ik kan niet zonder sigaretten.”
Pieter: “De pompoenpitten in een pepita notenmix en salty sticks. Zou niet weten hoe ik zonder moet.”
Heb je een verborgen talent?
Mick: “Ik ben bezig om als productontwerper van de grond te komen maar momenteel zijn we zo druk met ons eigen bedrijf Chasing the Hihat dat ik hier bijna geen tijd voor vind.”
Pieter: “Tja of je het echt een verborgen talent kunt noemen weet ik niet, maar ik speel al sinds mijn zesde dwarsfluit. Ik repeteer vier keer per week, alleen optredens heb ik eigenlijk nooit.”