Zo sport je in New York
Daar gaan we
De Ricky Aston-experience. Die moet je meegemaakt hebben als je in New York bent. Kijk, wij hadden wel een beetje geluk dat Ricky op zondagochtend zijn bed is uitgekomen om ons een gratis training te geven (want normaal leg je daar krankzinnig veel geld voor neer), maar goed; Ricky traint dan ook alleen de echte sterren.
“Het is niet per se een moeilijke training, het gaat erom dat je het constant doet. Dus een paar keer per week. Een keer in de zoveel tijd hard trainen heeft geen zin.” Aldus Ricky.
We ontmoetten elkaar in een grote gym op Broadway. Work Train Fight Club. Zo, die zit.
The work-out
Goed, Liesbeth en ik begonnen met trillende knietjes. Al helemaal toen Lies begon met “She is the fitgirl, I am a smoker and never work out.” Die had zichzelf dus al goed ingedekt. We begonnen met een aantal buikspieren waarbij elke oefening 45 seconden duurde. Nét klaar als het zwaar begon te worden dus. Het ging vlug achter elkaar allemaal. Hup, bal in je handen en maak maar squats, dan weer op de grond voor een plank, dan weer benen in de lucht en je billen omhoog liften. Gelukkig allemaal oefeningen die ik kende, dus we stonden niet te klungelen. En sowieso dat wij natuurlijk geen boe of bah durfden te zeggen, maar na een halfuur lukte dat echt niet meer. Ricky gíng maar door. Even pauze of een slokje water was er écht niet bij.
Boksen hadden we gelukkig al heel vaak samen gedaan, maar goed, dat was ook alweer een tijdje geleden. Daarbij is Ricky (laat het hem niet horen) best een beetje klein en ik ben een grote boksleraar gewend, dus het was een beetje wennen, maar gelukkig maakten we allebei een paar goede stoten. De klok was in zicht, die zagen we steeds dichter bij de 11 komen en dan zou het afgelopen zijn. Het zweet gutste van ons lijf, een beetje mooi sporten konden we dus wel vergeten.
De volgende dag
“You’re done girls.’’ Halleluja! En we voelden ons toch een partijtje trots, want we hadden zonder out te gaan de training van Ricky doorstaan. Het liefst wilde hij dat we langer bleven in New York om ons vaker “onder handen” te nemen, want hij zag potentie. Nou, dat zien we maar als een compliment. Tevreden aten we bij The Butcher’s Daughter (één van mijn favoriete lunchplekken) avocado met ei en soaked oats met fruit.
Lies heeft de volgende dag alles kruipend gedaan en moest op een gegeven moment rollend naar een apotheek om Ibuprofen te kopen. Ze verging. Ik daarentegen had wat schouderspierpijn, maar verder viel het mee. Ik wilde meteen wel nog een keer. Misschien dan toch een klein beetje een fitgirl? Klein beetje hoor.