Fun & Famous
EEN GOED SEKSVERHAAL SCHRIJVEN IS NOG GEEN SINECURE
Het boek Maestra van L.S. Hilton ligt al een paar weken op de redactie en het is dus gewoon NIET normaal hoe hard dat boek aan het prikken is in mijn ooghoek. Uiteraard omdat de recensies best aardig zijn, maar first and foremost omdat ik uit eigen ervaring weet dat het buitengewoon moeilijk is een goede seksscène uit je toetsenbord te persen.
Een paar jaar geleden vroeg May-Britt mij namelijk of ik eens een seksverhaal wilde schrijven. Kalm aan mensen, kalm aan, het was niet omdat ze zelf tekort kwam aan inspiratie. Kijk, zó komen de roddels dus in de wereld. Anyways. Het was ‘gewoon’ voor een verhaal in Marie Claire, waar May-Britt in die tijd hoofdredacteur van was. Het meesterlijke plan was dat ik nu eens leuk ging uitzoeken of ik de nieuwe E.L. James – van de enorme bestseller Fifty Shades of Grey – kon gaan worden. Daar had ik misschien bést talent voor, dachten we, bovendien had ik heus zin om steenrijk en beroemd te worden, met rode lopers, beroemde vrienden en gratis kleren/drank. Tel daarbij op dat ik hulp kreeg van Kalinka (ja, onze Kalinka, want flink ervaren in het schrijven over seks) en van schrijver/literaire held Thomas Blondeau (1978-2013), die onder andere de erotische bundel Hard en teder samenstelde, en niets stond mijn ongetwijfeld gigantische succes meer in de weg.
”Ik wist er nog nét een romantisch stukje uit te wurmen”
Goed. Ik wist er nog nét een romantisch stukje uit te wurmen waarin de hoofdpersonen elkaar ontmoetten, maar daarna was de shit áán gewoon. Want hoe liet ik een romantisch stukje in vredesnaam overgaan in een geil moment waarin mensen elkaars geslachtsdelen betastten? En hoe nóem je geslachtsdelen eigenlijk? Ik bedoel: om nou het woord piemel te gebruiken? En zeg je nu poes of vagina? Of toch maar kut? Maar kut is dan misschien weer veel te plat? Mm. Ik raakte er helemaal van in het warretje en in een vlaag van verstandsverbijstering schreef ik toen iets over een poes en een rode kloppende pik. En daarna nog iets over een blauw geaderde pik. En toen schreef ik ook nog een paar keer de woorden ‘groot’, ‘trillend’, ‘vochtig’ en ‘kloppend’ op. Want stel je toch voor dat de (arme) lezer niet door zou hebben in welke toestand de piem in kwestie verkeerde.
”Ik probeerde er met alle tips en trucs uit alle macht iets van te maken”
Ik probeerde er met alle tips en trucs uit alle macht iets van te maken. Maar na het lezen van de eerste versie zei Kalinka dat de ‘rode pik’ toch echt weg moet, omdat ze rood meteen associeert met een soa (!). Verder tipte ze mij ter inspiratie het gedichtje Oh, Kut van Jules Deelder, waarin een enorme trits woorden voor het vrouwelijk geslachtsdeel voorbij kwam. Ik doe een greep: schacht, krocht, dirk, kees, muis, tuin, dirk, scheur, deur en tas. Maar ja, omdat Thomas (die trouwens bij blauwgeaderde pik aan kaas moest denken) mij op zijn beurt weer leerde dat je het liefst woorden moet gebruiken die je zelf óók wel eens gebruikt, zat ik nog steeds met een error. Ik bedoel; ik heb gewoon nog nooit gezegd dat iemand mij in mijn tuin moest neuken. En al werd daar een echte tuin bedoeld: ik heb niet eens een tuin.
Lees hier waarom een cursus aftrekken een goed idee is
Het verslag van mijn ‘stoomcursus’ verscheen uiteindelijk in Marie Claire (december 2012) en het bewuste sexy schrijfsel staat nog altijd op de site van Marie Claire. Ik vond het in ieder geval bizar moeilijk niet te vervallen in clichés, een onderscheidende verhaallijn te bedenken en de lezer te laten meeleven met de hoofdpersonen, zodat je als lezer wil dat ze het ook écht gaan doen. En ook al had ik er geen weken de tijd voor en heb ik er niet oeverloos aan kunnen schaven, ik ben hoogstwaarschijnlijk beter in het lezen van spannende schrijfsels dan in het schrijven daarvan. En dus kruip ik vanavond maar eens gezellig op de bank met Maestra. Maar voor degene die toch graag zelf eens de pen ter hand wil nemen: hier vijf schrijflessen die ik gedurende het proces (onder andere van Thomas) leerde en die mij het meest zijn bijgebleven.
1. DURF. Ik was mezelf tijdens het schrijven aan het censureren. Werkt niet, kan ik je zeggen.
2. Blijf weg van clichés, dan spring je er nooit uit met je schrijfkunsten.
3. Niet te veel uitleggen. Ik liet maar weinig aan de eigen fantasie van de lezer over – en dat terwijl de lezer zelf het nodige wil kunnen invullen.
4. Gebruik je eigen vocabulaire. Ga geen woorden bezigen die je niet kent, dat voelt onecht aan.
5. Write what you know: werk met opwindende situaties die je self heat meegemaakt en borduur daarop voort.
6. Te veel tips maakt ook dat er talent verloren kan gaan. Ga vooral schrijven, dan zul je ook pas zien of iets werkt.