Fun & Famous
HUIZENJACHT-HORROR
Zoals ’t klokje thuis tikt, home is were the heart is, de oost-west-thuis-best-frase, je kent ’t wel. Zo’n plaats waar je een tikkeltje muffig in een foeilelijke joggingbroek, die iemand per abuis bij je heeft laten rondslingeren, rondloopt (maar hij zit zó lekker). Dat zoek ik. Het househunten is begonnen. Nu dank ik wie ik maar kan bedanken dat ik niks in het Amsterdamse nodig heb, dát schijnt een soort Titanic te zijn. Iedereen wil in dat ene bootje, ook al verzuip je in de hypotheek. Maar makkelijk is andere koek.
In studentenkotland was je überhaupt blij als je een overdadige vierkante meter meer had dan de onderbuurjongen en je roomie een beetje oké bleek te zijn. En toen ik met m’n lief ging hokken, stond er een heus huis klaar. Daar klusten we nog een juweel van een keuken in, mét inbouwoven en vaatwasser (halleluja), en iedere morgen stond mijn kameraad de regendouche paraat. Noem me een luxepaardje, maar daar wen je aan. Ik raak dan ook wat kortademig als mijn vaatvriend niet in de omschrijving van een potentiële woning voorkomt, want dat ik de theedoek niet zo graag laat wapperen is geen al te groot geheim, lees hier maar even.
Na al dat studentikoos ongemak en de overweldigende pracht en praal die volgden, maak je toch een wensenlijstje. Nondeju, ik heb nota bene voor het eerst écht iets te kiezen op de woningmarkt (dacht ik). Een vierkante meter groen met drie grassprieten achter het huis graag. Een keuken waarin alle kastjes hetzelfde zijn (ik bezichtigde er één opgebouwd uit DRIE aparte keukens): pluspunt. Iets met een dak waar we geen jaar hoeven te verbouwen: verkocht. Of eigenlijk verhuurd, want ik wil eerst de buurt een beetje checken voordat ik investeer in steen (deze bouwterm heb ik van mijn opa alias de gepensioneerde aannemer). Maar wat blijkt? Online op huizenjacht is pure horror. Het is net als met een baan, bijna honderd procent score dat ‘ie al pleite is.
“Online op huizenjacht is pure horror.”
Ik check Pararius frequenter dan Instagram, ploeter woonboten door op Marktplaats (je weet maar nooit) en met JAAP.nl ga ik ’s avonds op date. Met Houdini-achtige skills omzeil ik afperssites waar je dertig euro dokt om alleen de foto’s te bekijken, maar ik mail dus ook makelaars waar alles te koop staat met de vraag of ze de boel verhuren. Dit alles in een heppiedepeppie-saus, waardoor men je praktisch vraagt of je misschien bij hen in wil trekken. Bijna dan… Nog een leuke: iedereen platbellen die zich in het door jou beoogde woongebied ophoudt. Gék worden ze van je, dus dat vergroot de kans op succes.
Mijn hart maakte een huppel bij de locatie van een woonboot aan de Vecht, maar zakte van de huppel rechtstreeks in mijn schoenen door de staat van het gevaarte. En dat huisje met vlonder aan die Vinkeveense Plassen was te gek, maar voor die drie monaten is het zo’n gesleep met je huisraad. Hoe heerlijk was de tijd dat ik wensloos rondklikte op Kamernet en door het dak ging, omdat ik de douche maar met één iemand hoefde te delen? Eén persoon, de wow. Ik denk dat we gewoon maar weer op kamers gaan, for old times’ sake. Of jij moet op zoek zijn naar de braafste huurders op aard met enorme huishoudelijke skills voor je stulp, dan ben ik uiteraard de jouwe.