Happy & Healthy

OPBOUWENDe KRITIEK GEVEN

Zo doe je dat

Je kunt elkaar allemaal nog zo leuk, lief, aardig, knap en gezellig vinden, je bent met elkaar aan het werk en dat betekent sowieso dat je het niet altijd eens gaat zijn met elkaar. Kritiek geven is stukken minder leuk dan complimenten strooien, maar het moet.

1. Bedenk dit

Van wrijving komt glans, een dag zonder conflict(je) is een dag niet goed gewerkt en meer van dat soort clichés met een hoog waarheidsgehalte. Ik denk altijd aan mijn balletjuf die het strengst was tegen de meest getalenteerden van de groep, juist omdat ze het beste uit hen wilde halen. Zie kritiek ook als een compliment. Zelfs de onaardigste berichten op Instagram of Facebook zetten me op een bepaalde manier altijd aan het denken.

2. ‘Maar’ is verboden

Het woord ‘maar’ kent alleen een negatieve betekenis. “Het was leuk, maar…” En dan komt de ellende. Ik heb lang geleden geleerd om het woord ‘maar’ in de prullenbak te proppen en het te vervangen door ‘en’. Probeer het maar eens. In het begin voelt het wat geforceerd misschien, maar het is zoveel prettiger voor zender en ontvanger. “Ik heb je stuk gelezen én als je nu nog eens kritisch herleest en de clichés vervangt door eigen metaforen is het super.” Klinkt een stuk leuker dan: “Ik heb je stuk gelezen, maar toch altijd weer die clichés hè…”

3. Puntje ter verbetering

Deze ligt in het verlengde van het maar-boycot. Niet zeggen wat ‘fout’ was. Ga ervan uit dat je fijne mensen om je heen hebt die allemaal hun riekende best hebben gedaan. Fout is zo hard en ontneemt je alle lust om de volgende keer weer het snot achter je ogen te werken. Noem ‘fouten’ ‘verbeterpunten’ en kijk dan eens wat er gebeurt.

4. Eerst oplossen

Er gaat iets enorm mis. Op zo’n moment is iedereen vaak ontzettend druk met wijzen naar wie de schuldige van het kwaad zou zijn. Verkeerd. Los het op en ga daarna samen kijken hoe problemen kunnen worden voorkomen. Zul je zien dat iedereen ineens een beetje durft toe te geven dat ze het misschien niet helemaal geweldig hebben gedaan.

5. Verantwoordelijkheid geven

Probeer niet alles op te lossen en te voorkomen. Dan blijf je je altijd horizontaal bewegen en nooit verticaal. Wil je omhoog op de ladder, dan zul je moeten leren delegeren. En delegeren is loslaten. En ja, dan gaat het misschien een keertje mis en gaat het misschien een keertje anders dan jij het zou hebben gedaan. Maar als je goed stuurt met bovenstaande tips (en je goede mensen hebt natuurlijk), zul je zien dat je ineens verrast wordt. En dat er iets wordt ingeleverd wat jij niet eens had kunnen verzinnen. Dan ben je pas echt tevreden en geslaagd als leidinggevende.