Fun & Famous
De 17 dingen die je denkt als je verplicht moet afkicken van je iPhone
Ik lees de laatste tijd steeds vaker stukjes over mensen die gaan afkicken van hun mobiele telefoon. Echter, dit zijn altijd mensen die vrijwillig afkicken. En daar, beste mensen, heb ik dus ab so luut geen medelijden mee. Mensen die verplicht moeten afkicken zijn er veel erger aan toe. Stel je voor: totaal onvoorbereid afkicken. HOE dan?
Mijn telefoonscherm was kapot gevallen, en dus moest ik mijn dierbare afleveren bij de Genius Bar. De ziel zou in principe binnen twee uur gemaakt zijn, maar door omstandigheden kon ik mijn bloedje pas aan het einde van de dag ophalen. Nou mensen, dat was lachen hoor. Hier al mijn gedachtes op een rij.
1. Ik heb de mensen helemaal niet laten weten dat ik niet meer bereikbaar ben! Wat erg! Wat als de mensen me nu willen bereiken? Wat dan? Dat zou een ramp zijn. Ik moet de mensen onmiddellijk laten weten dat ik niet bereikbaar ben. De hamvraag is alleen: hoe ga ik dat doen?
2. Facebook! Ik moet gewoon even op FB zetten dat ik vandaag niet bereikbaar ben. Snel even mijn telefoon pak – oh nee.
3. Geen paniek, geen paniek. Gewoon even de laptop openklappen.
4. Klap! Ik heb nu de laptop opengeklapt.
5. Tik tik tik tik tik tik tik tik TIK tik tik tik tik tik tik TIK tik tik tik tik tik TIK – dat ben ik die een berichtje op FB zet. De harde tikken zijn enters.
6. Done. Wat een heerlijk opgeruimd gevoel. I’m back in the game. Als de mensen me willen bereiken dan weten ze wat ze moeten doen.
7. Stel dat niet iedereen FB checkt. Ik kan het niet aan dat er nu misschien op dit moment toch allemaal appjes binnenkomen van mensen die niet op Facebook hebben gekeken. Het idee alleen al. Al die ongelezen appjes. Al die wachtende mensen. Al die ongelezen vinkjes. Wat een verschrikkelijkheid.
8. De mensen die mij een appje sturen zien natuurlijk wel dat ik mijn berichtjes niet lees. En ze zien ook dat ik al heel lang niet online ben geweest. Dus als ze me echt nodig hebben, dan zullen ze gedurende de dag wel andere wegen gaan bewandelen om mij te bereiken, denk ik. En dan komen ze als vanzelf uit op Facebook. En dan zien ze mijn berichtje natuurlijk. En dan is alles opgelost.
9. Oh, wat zie ik er leuk uit in mijn nieuwe vest op deze ultrakoude herfstdag. Gelukkig is er nog iets leuks aan de herfst op deze manier. Kom, even snel een foto maken voor Insta. Even mijn telefoon pak – oh nee.
10. Moehahaha, hahaha, ha! Ha! – Je hoort nu allemaal gelach van Elke en Theo. Die zitten namelijk een foto in onze redactiegroepsapp te bekijken. Een foto die klaarblijkelijk rijp is voor de wall of shame. De ene na de andere scherpe reactie wordt de groepsapp in geslingerd. En ik? Ik kan niet reageren. Ik ben de enige die NIKS terugappt want mijn telefoon ligt nog bij de Genius Bar. Walgelijk. Ik ben sociaal dood nu.
11. Zouden de medewerkers van de App Store trouwens mijn berichtjes lezen? Dat is enerzijds een nogal vies idee, maar anderzijds… Als er dringende dingen in staan, zouden ze dan bijvoorbeeld zo slim zijn om even een berichtje naar mij te sturen via mijn Facebook? Zou dat bij hun taken horen? Ik hoop het.
12. Ik verveel me. Laat ik eens even kijken wat er allemaal op Facebook gebeurt. Even mijn telefoon pak – oh nee.
13. Zou ik al salaris hebben? Even mijn saldo checken op de ING Bankieren-app. Even mijn telefoon pak – oh nee.
14. Ik moet naar de wc. Maar op de wc zitten zonder telefoon is dus echt tergend saai. Volgens mij is het honderd jaar geleden dat ik zonder telefoon op de wc zat.
15. Wacht! Ik krijg nu natuurlijk ook helemaal geen pushberichten binnen van NU.nl als er iets verschrikkelijks gebeurt. Wat een ellende. Nu moeten andere mensen mij het zeker gewoon gaan lopen vertéllen als er iets vreselijks is? Zoals ze dat vroeger deden, bij de dorpspomp? Mijn god. Wat een middeleeuwse toestand.
16. Is de werkdag al voorbij? Nee?
17. Is de werkdag al voorbij? Ja? Oké, dan ga ik me namelijk echt even haasten. De iPhone wil namelijk heel snel worden opgehaald van het kinderdagverblijf de Genius Bar.
18. Trap trap trap trap rem trap trap trap rem trap – ik zit nu op de fiets.
19. Oh, daar ben ik! Oh dag lieverdje! Daar is mama weer! Kom maar snel bij mama. Wat heerlijk! Wat een epische hereniging!
Oké, die laatste zin heb ik dus nooit gezegd en al helemaal nooit opgeschreven. Dat soort dingen zou ik nooit doen. Ik denk dat je nu écht zelf dingen aan verzinnen bent. Je bent gewoon complete uitspraken voor mij aan het verzinnen. Het moet toch niet gekker worden! Alles wordt uit zijn verband gerukt hier! Ik stop ermee!