Als 30 worden niet is wat je dacht
Op de A2 van Utrecht naar Amsterdam kreeg ik ineens een flashback. Niet naar één van de zeker honderd keer dat ik daar richting redactie reed, maar naar vroeger, vroeger. Naar de tijd dat ik op de middelbare mijn docenten een hartslagverhoging bezorgde door mijn ietwat recalcitrante houding en ik het wilde idee kreeg om voor mijn zestiende verjaardag een tatoeage te vragen. Op mijn onderrug, die nu bekend staat als de tramp-stamp, die ja. Geen zorgen, hij kwam er niet, dus ik hoef mijn shirt niet naar beneden te moffelen om iets aan het zicht te onttrekken. Ik dacht aan hoe mijn leven nu is, aan hoe ik vroeger dacht dat het later zou zijn. Later als ik groot was, als in: dertig jaar.
Het is gelukt, ik ben volgens de teller groot geworden, ik ben dertig. Bij mijn eindexamen zei mijn docent Nederlands: “Ik hoop niet veel van je te horen, maar wel van je te lezen.” Nu denk ik dat Amayzine niet helemaal zijn genre is (toen was ‘ie zeker al over de vijftig, inclusief toupet), maar in theorie zou het kunnen. Hij zag me als schrijver, ik zag mezelf toen nog als slinkse marketeer. Hij kreeg gelijk. Ik wist wel dat ik op mijn dertigste iets cools wilde doen met mijn leven, zeker nog geen kinderen wilde en een liefde hoopte te hebben, maar dat het nu zo is voelt toch gek. En als ik terugdenk aan mijn veertienjarige zelf, vraag ik me af hoe het komt dat ik zo oké terecht ben gekomen. Anders dan wat ik toen misschien dacht, met bumps en bobbels onderweg zeker, maar misschien zelfs beter. Oh, heus dat ik dacht dat ik inmiddels allerlei inheemse oorden live had gezien, ook voorzag ik mezelf van mi-ni-maal twee kledingmaten kleiner, er had een trouwe viervoeter moeten zijn die ik moeiteloos zou combineren met mijn fulltime baan en mijn vriend zou nu zo’n drie jaar de mijne zijn in plaats van negen. Laten we het er maar op houden dat ik die laatste dingen voor lief neem. Ik ben een gelukkig mens.
Onthoud het beeld van alles wat wél gelukt is en draai het om. Als in: dertig is compleet niet wat je dacht dat het zou zijn. Geen geliefde, je baan is om te huilen en je sleept je iedere dag naar kantoor, je hond is overleden en je hebt kinderen maar die mogen van jou fulltime naar de crèche. Dan krijg je de film ‘Alles voor elkaar’. Vier vriendinnen die op een filmpje van de middelbare stuiten en he-le-maal niet zijn geworden wat ze wilden, maar daar verandering in gaan brengen. Samen, vóórdat de laatste de dertig aantikt. Ik lag bijna schuddebuikend op de grond van het lachen bij de trailer, ook gewoon van herkenning, en jij vast ook. Kijk zelf maar even en ga ‘m zien in de bios. Vanaf 12 oktober kan dat. Komt dat even goed uit, want dan ben ik nét terug van vakantie. Ik reserveer alvast een plaatsje.