Hola hip huis
“Laten we héél even naar binnen gaan,” riep ik naar m’n vriendinnen. Ik ging naar huis met twee witte vaasjes met motief in brique, zeven kussens in een varia kleurenpalet, een lichtroze kaarsenstandaard, acht witte kaarsen maar dan wat kleiner van stuk, grijs inpakpapier met witte sterretjes, twee soorten cadeauzakjes, lint om de boel op te leuken, tien stapelbare kruidenpotjes en een lamp met een witte voet van steen. Mijn vriendinnen waren goed voor een bijzettafel, vierentwintig kaarsen (ja, vier-en-twintig), een koddig wandplankje, een rond rekje, de bestekset in goud, nog wat vaasjes, ook weer waar om kaarsen in te stallen en theedoeken. We kochten de Søstrene Grene bijna leeg. En de Søstrene Grene en ik kenden elkaar nog niet, maar het was een innige eerste ontmoeting, ook al kan ik de naam niet uitspreken.
Misschien weet je het nog, maar ik ben in mei gewisseld van huis en haard. In één dag hebben we al onze huisraad de nieuwe condo in gebonjourd en ik heb sindsdien nog geen fotolijst gekocht. Ons nieuwe onderkomen moest het doen met oud spul. Best leuk, heus, maar ik kietel mijn huis normaal ieder seizoen met een upgrade. Als je net als ik geen flauw benul had van het bestaan van deze gezusters uit Denemarken; you’re welcome. Ik zag aan de gezichten van je editors dat ik weer eens hopeloos uit de tijd was, want die kenden dit dus al-lang. Moraal van dit verhaal: koop af en toe wat koddigs voor in je huis. Bij ‘sjustre-nog-watte’ bijvoorbeeld, want de kwaliteit is leuk voor een appel en een ei. Maar echt, ook al loop ik weer hopeloos achter, die tip wilde ik je niet onthouden. En mijn huis ook niet, want ze doen het behoorlijk knap samen.