6x dit moet je weten als je met je hond gaat winkelen
Ik heb dus een hond. Ineens. Nou ja, we hebben er maanden naar uitgekeken maar nu is ze er. Aan de ene kant voelt het alsof het nooit anders is geweest, terwijl sommige dingen weer totaal anders zijn. Winkelen bijvoorbeeld.
1. Dubbel zo lang
Houd daar rekening mee. Je kletsjes verdubbelen. Mensen aaien je hond, jubelen, kirren en ja, dan ga je niet meteen aan die riem trekken en de pas erin zetten. Da’s onbeleefd. En bovendien vind je het zelf stiekem ook gezellig.
2. Nieuwe vrienden
Ik ken dus ook ineens andere hondenbezitters. En honden. Ik ontmoet ze in het park en zie ze dan ineens langs mijn huis fietsen. Hé, daar is het baasje van Whisky, zeggen mijn dochters en ik dan tegen elkaar. Ook is mijn kennis van het rassenrepertoire vertienvoudigd, ha. En oh ja, je hond zelf is ook dolgelukkig als ze gelijkgestemden ontmoet. Dat gebeurt dus in het bos maar zeker ook tijdens het winkelen. Reuze gezellig, maar zie punt 1; een tijd dat het kost. Een tijd.
3. Daar is het gat van de deur
Ineens ben je niet overal welkom. Ik begrijp het hoor. Hygiëne is een groot goed en als je een mooie delicatessenzaak hebt, wil je misschien geen vochtige snuiten langs de artisjok zien gaan. Maar wat mij bevreemdt of beter gezegd irriteert, is dat heel veel zaken geen sticker op de deur hebben, maar je wel de zaak uit bonjouren. Dan voel je je pas ongemakkelijk.
4. Nee, ik bind haar niet aan een haakje
Vervolg van punt 3. Dan wijst iemand je de deur en breng je (ik dus) er tegenin dat er nergens staat aangegeven dat honden niet welkom zijn. “Maar ik heb een haakje naast de voordeur. Daar kun je hem aan vastbinden.” Dan val ik dus even stil. En tegelijk wil ik heel veel zeggen. Wat denkt u zelf? Is er een van. Weet u wel wat die hond kost? Ik hang mijn Chanel-tas toch ook niet aan het haakje bij de deur? Weet u wel hoe ongezellig dat is? Ik ben toch samen met haar aan het winkelen? Heeft u wel eens van samen uit, samen thuis gehoord? Nou dat denk ik dan allemaal. En dat puf ik dan weg.
5. “Mag de hond een koekje?”
Kijk, er zijn ook plekken waar je welkom bent. Enorm welkom zelfs. Zo welkom dat bij het afrekenen wordt gevraagd of de hond een koekje mag. “Bedoel je een hondenkoekje?” Maar dat bedoelen ze dan weer niet. Een gewoon koekje dus. Dan denk ik weer van alles. Maar dit is een baby. Een báby. En ook nog eens een hondenbaby. Een hónd. Die mag toch geen suiker?
6. Het paradijs
En dan kom je op een plek waar alles samenvalt. Waar een bak water klaar staat, waar verantwoorde hapjes zijn en waar je puppenhond geen kwaad kan. Waar dit paradijs is? De dierenspeciaalzaak. Wordt mijn nieuwe hang out. Snap jij, snap ik.
Liefs van de overbezorgde, zeikerige hondenmoeder. Zin in meer honden-verhaaltjes. Lees dan maar eens de grote puppy-afvinklijst.