De voordelen van vroeg wakker zijn
Het was vijf.uur.dertig. Vijf.uur.dertig. Niet te verwarren met die in de middag, maar de ochtend. Op zaterdag. En ik was wakker. Een muggenbult en dus jeuk op de linkerkant van mijn rechtervoet, mijn vriend ook. Hij had het warm en lag met het laken te wapperen, ik ook. Raam open, weer terug in bed, lag toch niet zo lekker meer. En daar zaten we, als twee oude besjes om kwart voor zes buiten aan de koffie. Het was nog steeds zaterdag, op een tijdstip waarop ik vijf jaar terug net thuiskwam. Maar dat vroege wakker worden heeft voordelen, ontdekte ik.
1. Hoe hard je ook lanterfantert, je verdoet geen tijd. Je hebt op je vrije zaterdag toch zeker drie uur winst. En als je een paar uur lummelt met een bak koffie, een serie en ontbijtje, dan ga je iets doen op een tijdstip waarop je normaal de slapers uit je ogen wrijft. Winst, ik zeg het je.
2. Het is stil op straat. Geen mannen die denken dat ze Petacchi of Froome zijn (ik woon aan een populaire wielerroute), geen kinderen die duizend keer een rondje rijden op de driewieler, geen buren die de stofzuiger aanslingeren. Het is stil.
3. De natuur doet dingen met je. Ineens hoor je symfonieën van vogels, het zachte kwaken van een kikker, het ruisen van… Oké oké, ik laat me een beetje gaan. Maar als de zon zo net opkomt en de boel ontwaakt; het heeft charme.
4. Mede-vroege-vogels groeten je, het lijkt potdorie wel een complete subcultuur. Het zijn ook mensen waarvan ik niet wist dat ze buren van me waren, ook al lig ik normaal heus niet tot elf op mijn nest te odeuren. Maar ze zeggen goedemorgen, je knikt terug, nog steeds dat bakje koffie erbij en het verbroedert toch wat, dat vroege opstaan.
5. Je kan legaal nog een filmpje kijken of even bingen. Zo heb ik seizoen zes van Suits alweer uit, ook al is het de godganse week al aan het vijfentwintig-plussen. En je dag is nog niet eens half voorbij als je bij aflevering drie bent.
6. Cool dat ’t is. Als in: graadje of zestien koel. Ik kwam wat oververhit uit bed en ben buiten gaan uitwasemen. Héét had ik het. Ik bleef net zo lang zitten tot ik kippenvel had.
7. En misschien was het wijzer om met dit wapenfeit te beginnen, maar je mag eerder aan de wijn. Jouw dag begon per slot van rekening twee tot drie héle uren eerder. Zo plofte ik rond half drie achter een salade met burrata en dronk ik daar zo’n lekkere, volle, vette wijn bij. Want hallo, dat de rest er nog maar zo’n korte dag op heeft zitten, daar kan jij vroege vogel niets aan doen.
