Waarom je gruwelt van stukjes in je eten

Voordat je een hap neemt van dat bakkie kwark met een vers gesneden appeltje en snuf kaneel wil ik het éven ergens met je over hebben. Want er is vast een reden voor dat je die smeuïge variant uit het winkelschap neemt en die beker met stukjes waarbij je na tien happen nog steeds niet van weet of je nou een rozijn of een stuk appel in je mond hebt laat staan. Heb je net als ik van kinds af aan al een hekel aan stukjes in je eten? No worries, vriendin, er is gewoon een verklaring voor.

De structuur van eten vinden we minstens zo belangrijk als de smaak ervan, zo liet een studie van het Amerikaanse Duke Medical Center zien. Voor deze studie aten de proefpersonen geblinddoekt gepureerde producten. Hieruit bleek dat slechts veertig procent van de gevallen kon raden wat ze daadwerkelijk aten.

We worden voorzichtiger als de structuur van eten anders is dan we verwachten of gewend zijn. Dit heeft te maken met ons overlevingsmechanisme, dat ons beschermt tegen viezigheid en besmettingen. Dat jij er bewust voor kiest om je eigen appeltje toe te voegen aan je kwark, maakt je dus helemaal geen aansteller. In je bovenkamer gaat een alarmbel rinkelen die je beschermt  tegen enge ziektes. Alleen maar gezond dus.

Eet smakelijk.