15 dingen die je met je vader moet doen voor je dertigste
‘Dus jij bent echt mijn papa?’ Mijn broer wilde het graag zeker weten als mijn vader na een reis van twee maanden weer thuis kwam. Mijn vader voer als kapitein op de grote vaart de hele wereld rond en als hij er was, duwden we de verloren tijd in de nieuwe dagen.
Als mensen aan me vroegen of ik mijn vader niet miste deed ik altijd een rekensom. Kinderen van vaders met een ‘gewone’ baan zagen hun vader op doordeweekse dagen misschien ook pas om een uur of zeven ’s avonds. En een paar avonden per week misschien wel helemaal niet. Wij misten onze vader soms, maar als hij er was, dan ging het van warme croissantjes in de oven (ook op doordeweekse dagen) via ‘ik breng je wel even naar school’ en ‘dan haal ik je natuurlijk ook even op’ en ‘zullen we even samen boodschappen doen’ tot zelfverzonnen verhaalfeuilletons en honderd liedjes bij het in bed stoppen. Ik kwam dus prima aan het gemiddelde vader-kind-uren. Voor iedereen met een vader uit duizenden een grote afvinklijst van dingen die je samen gedaan moet hebben.
1. Een haring eten
Vroeg mee beginnen. Echt nergens oogst je zoveel applaus mee als wanneer je als klein meisje een harinkje hapt. Ik deed het altijd als mijn vader terugkwam van een lange reis en later hoorde ik dat mijn moeder het ook met haar vader deed. Allemaal om indruk te maken, want echt lekker vonden we het natuurlijk niet.
2. Autorijden
Eerst op schoot en steeds een beetje autonomer. Autorijles en vaders, dat hoort gewoon samen. Luister maar even naar Lieke van Lexmond.
3. Een klein botsinkje met zijn auto hebben
In mijn geval waren dat er twee. Ai. Bij iets te overmoedig inparkeren verdween de bumper van zijn bolide en ach en wee, ik heb ook een keer de neus van zijn voiture behoorlijk in doen krimpen. Maar dat kwam omdat er iemand anders voor groen licht stopte. Ja, dan vraag je erom.
4. Je eerste biertje drinken
Ik weet het nog zo goed. We voeren een bootje, altijd maar die bootjes, van Amsterdam naar Zeeland (dit zijn trouwens mijn zes lievelingsadresjes in Zeeland) en overnachtten ergens in een haventje halverwege. Zij namen een biertje en ik natuurlijk ook.
5. Gaatjes in je oren (als het van je moeder niet mag)
Ik geloof dat ik zes was. Of acht. We liepen samen door de stad. Het zal ongetwijfeld hand in hand zijn geweest. En ik zal hem hebben aangekeken. Mijn hoofd een beetje scheef. Hij zal heel even hebben willen vragen of het ‘ook van mama mocht’ en toen zei hij: ‘Vooruit dan maar’.
6. Samen op reis
Ik heb een vriendin wier vader bij elk kind dat tien werd een reis boekte naar een bestemming naar keuze. Een-op-een-momenten met je moeder heb je best vaak, met je vader zijn die meestal schaarser. Wij hebben het in ieder geval nog niet gedaan samen, dus Kiek (zo noem ik hem), wanneer zullen we?
7. Karaoke zingen
Gewoon omdat je dan zo lekker los komt en dicht bij elkaar bent zonder dat je de hele tijd hoeft te praten. Mijn vader en ik kunnen echt vechten om de microfoon. ‘Deze is voor Pleuntje,’ zegt mijn vader dan. Altijd weer een voor mijn moeder.
8. Samen huilen
Heeft even geduurd, maar we hebben hem afgevinkt. En hoe erg het moment ook was, dat samen kunnen delen was zo mooi.
9. Hem een designer item voor je laten kopen
Toen ik tot mijn achttiende niet had gerookt (daarna helaas voorzichtig toch begonnen, maar inmiddels alweer zestien jaar vrij gelukkig) mocht ik een horloge uitzoeken. Maar ik durfde een horloge nog niet aan, dat zou ik toch maar kwijtraken. Dus deelden we het bedrag op en kreeg ik mijn eerste echt dure winterjas en een beeldschone Lapponia-ring. Ik heb ze nog steeds en vind ze nog steeds beeldschoon.
10. Een keer liefdesadvies van hem krijgen
Ik weet het nog zo goed. Mijn hart was eerst gebroken, daarna was iemand zo hard op de twee helften gaan staan dat het uit elkaar spatte in zevenduizend stukjes en het werd nog even afgemaakt door met een deegroller over die stukjes heen en weer te gaan. Zo voelde ik me ongeveer. Toen de tranen op waren, maakten we een ritje. En vertelde hij over zijn gebroken hart. En vertelde hij dat het heus zou helen, maar dat er altijd een breuklijntje zou blijven.
11. Hem het heel erg voor je op laten nemen
Of het nou een leraar was op school, een manager die je misbruikte of een autoverkoper die je probeerde op te lichten. ‘Let them get f•ck•d,’ zei mijn vader dan (zeeman, hè) en dan greep hij op passende wijze in.
12. Je zijwieltjes eraf halen
En er heus even achteraan blijven rennen om je op te vangen, maar je dan de wereld in sturen.
13. Dat hij zelfbedachte liedjes voor je zingt
En verhalen vertelt.
14. Gekke namen voor elkaar verzinnen die alleen jullie begrijpen
Zo hoor ik altijd aan de andere kant van de lijn als ik opbel: ‘Dag mijn ruiteldansje’ en is hij mijn Kieksterbeer. En nee, ik heb ook geen idee waar het vandaan komt.
15. Je grote liefde aan hem voorstellen
En dat hij ziet dat het goed is. Met een vleugje jaloezie, maar dat hoort.