Als álles misgaat…
Dus daar sta ik, om half één ’s nachts op Utrecht Centraal nee schuddend te lachen in mijn eentje. Niet van plezier hoor, gut, was het maar zo’n feest. Nee, van onmacht, ken je die? Oeh, lachen uit onmacht. Die is heftig. Da’s een echte bitch.
Kijk, nu had ik het natuurlijk zelf ook wel kunnen bedenken dat het niet zo’n heulll puik plan was om op Koningsnacht überhaupt in de buurt van een trein te komen, maar wist ik veel dat het zo’n terror zou zijn. Ik sport vrijdagavond nou eenmaal in Amsterdam en ga daarna in de trein richting Utrecht. Die treinrit was er sowieso al een om van te janken (lees: sardientje), maar eenmaal aangekomen op Utrecht wordt het erger. Mucho erger.
Overal zwalken mensen. Met mijn koptelefoon op hink-stap-sprong-ontwijk ik de meute om op het busplatform te eindigen waar zo’n honderdvijftig lallende studenten staan. Great. Kwartier wachten op de bus. Koptelefoon nog een tandje harder dan maar. Als de bus eenmaal voor mijn neus stopt, blijkt het incheckpoortje kapot. Niemand mag naar binnen. De bus rijdt weer weg, want moet eerst worden gemaakt. Nieuwe wachttijd op de volgende bus? Dertig minuten. Ah oké, nee, helemaal super. Gaan we dus mooi niet doen.
Dus het wordt een gevalletje Uber. Ik open mijn telefoon en zie nog één procent batterij. Meen je. Voordat die chauffeur bij me is, is die telefoon natuurlijk allang uitgevallen. Oké, eh, zo lang wachten wordt ‘m ook niet, dus dan ga ik wel op zoek naar een taxi. Tien minuten later sta ik voor een zwarte Mercedes. ‘Kan ik pinnen?’ vraag ik uit automatisme terwijl ik op de achterbank plaatsneem. ‘Nee, helaas,’ antwoordt de chauffeur. Op de vraag of we dan even langs een pinautomaat kunnen rijden krijg ik als antwoord dat het Koningsnacht is en hij daar geen tijd voor heeft. Chagrijnig stap ik uit de taxi om de volgende aan te houden. ‘Kan ik pinnen?’ Ook nee. Ook ‘Nee, ik wil niet met je stoppen om te pinnen.’ Tot drie keer toe. Weet je wat? Krijg dan ook allemaal de kolere.
Als een woeste leeuwin loop ik terug naar de stationshal. Weet je wat? Prima, dan wacht ik wel op die rotbus en dood ik ondertussen wel wat tijd bij de AH to go. Haal ik wel een lekker ontbijtje voor de volgende ochtend ofzo. Ik kom niet door het OV-poortje voor de Albert Heijn. De ‘saldo te laag’-melding. Ach, tuurlijk. De woeste leeuwin is inmiddels geëvolueerd in een agressieve ongestelde draak die ieder moment iemand gaat bijten.
Ik WIL niet eens met de TREIN, mensen, ik wil gewoon ontbijt kopen, oké? Op zoek naar het oplaadpunt-om-mijn-OV-chipkaart-op-te-laden-om-door-het-poortje-te-kunnen-terwijl-ik-helemaal-niet-met-de-trein-hoef-zodat-ik-ontbijt-kan-kopen-om-de-tijd-te-doden-omdat-mijn-bus-kapot-is kom ik op een gegeven moment aan bij en heel grote dronken menigte. Ik zie meer chagrijnige gezichten. Ik hoor iemand ‘Hij is defect’ zeggen. Op dat moment valt mijn telefoon uit. Is mijn muziek weg. Hoor ik alleen nog maar het geschreeuw van dronken mensen.
Ik lach. Ik lach heel hard. In mijn eentje. Als een bezetene. Op Utrecht Centraal. Ik laat de volgende bus ook maar gewoon weer voorbij gaan en ga lopend op zoek naar mijn nieuwe woonplaats. Mocht je op housewarming willen komen: Loserville numero 13 is waar je moet zijn.