Een ode aan de Oranje Leeuwinnen
Met het gevaar om voor altijd verguisd en verketterd te worden, maar ik kijk dus maar bar weinig voetbal. Ja, voor onze Oranje-voetballerij wil ik nog weleens proosten en mezelf op het puntje van de bank positioneren, als Ajax finales haalt ook, maar verder kom ik nog niet echt. En toch vind ik de Oranje Leeuwinnen bad ass en dat zit zo.
Zij zijn het voetballende bewijs dat mannen geen alleenrecht hebben in voetballand. Er zijn zelfs mensen die beweren dat het voetbal van onze (ja, ik zeg ‘onze’) Oranje Leeuwinnen leuker is om te zien dan dat van de mannen. Nu was ik vroeger fervent aanhanger van voetbalbenen, maar ik geloof het gelijk. Het grote verschil schijnt te zijn: ze vinden het leuk om te doen.
Alleen niet iedereen wil eraan, aan onze Oranje Leeuwinnen. De acceptatie schijnt nogal te haperen, het is verklaarbaar dat dit langer duurt want voetbal is de volkssport en daar zijn nogal wat emoties mee gemoeid. En vooruit, het schijnt dat mannen een bepaalde mannelijkheid aan voetbal ontlenen en als de Leeuwinnen zich dan zo richting finale voetballen (en de mannen niet), dan is dat moeilijk. Zeggen ze. Maar de regel dat vrouwen en sport pas aandacht krijgen als ze presteren is misschien wel echt het probleem.
Eerlijk: als de mannen voetballen, dan kijken we. Huilend en godverend springen we op van banken, tot de laatste miserabele seconde. Alles wordt uitgezonden. Dat was bij de vrouwen wel anders. In 2009 moest plotsklaps ruimte gemaakt worden voor een wedstrijd omdat ze het EK haalden. Het was de eerste wedstrijd van de Oranje Leeuwinnen die live uitgezonden werd. Als je zoekt naar gelijkwaardigheid in sport, dan is tennis een mooi voorbeeld.
De KNVB erkende de competitie voor vrouwen pas in 1971, voor die tijd bestond het blijkbaar niet. Maar ze maken stappen, zo in 2019 (!). De KNVB wil een voorbeeld zijn in gelijkwaardige waardering voor mannen en vrouwen, de vergoedingen gaan fors omhoog. Als het aan de KNVB ligt, gaan die verschillen verdwijnen en moet het in 2023 gelijk zijn. Een mooi ideaal, maar de KNVB is alleen verantwoordelijk voor het inkomensdeel dat komt uit commerciële campagnes en niet voor het overgrote deel; daar komen de UEFA, FIFA en televisiegelden om de hoek kijken.
Om het beestje maar gewoon even bij naam te noemen: bij topclubs in ons land verdienen vrouwen tussen de 700 en 2300 euro per maand. Het gemiddelde salaris van een man is 22.000 euro. Per maand, ja. Aan transfers onder vrouwen werd tot voor kort geen euro gespendeerd, goddank verandert dat wedstrijd voor wedstrijd.
Wat leuke facts als je op de bank ploft voor de wedstrijd:
– Dit is pas het tweede WK, in 2015 deden de Leeuwinnen voor het eerst mee aan een wereldkampioenschap.
– Maar in 2009 werd er dus pas voor het eerst een wedstrijd live uitgezonden. Apart, apart.
– De marktwaarde van de dames is gi-gan-tisch aan het groeien, wat ik snap (hoe oneerbiedig marktwaarde ook klinkt als het om een mens gaat).
– Alle vrouwen uit het elftal voetballen bij topclubs, wat sowieso bad ass is.
En het aller- aller- allercoolste vind ik dat als ze zondag winnen, ze dan iets doen wat de mannen nog nooit gelukt is. Ik zeg het maar even. Over gelijkheid gesproken…
Beeld: Instagram @oranjeleeuwinnen