Beste gymleraren,
Hoe gaat het met jullie? Weer een beetje full swing aan het werk zo na corona? Alle kilootjes weggejumpingjackt? Ik wil iets aan jullie vragen. Het zit zo. Ik zag laatst een jongetje in het bos. De magneet die aan de binnenkant van de aarde woont, trok aan zijn schouders. Hij schopte tegen een paar steentjes. Zonder doel. Wat er was, vroeg ik. Hij antwoordde met een ‘mwah’ en een ‘bah’ en zijn schouders schoten heel even een beetje omhoog. ‘Kom’, wees ik. ‘Daar is een bankje. Ga even zitten.’ We keken wat recht voor ons uit en toen begon hij. Over gym. Als laatste gekozen was hij. Tot twee keer toe. En nee, hij werd niet gepest ofzo, zo erg was het allemaal niet, maar met gym werd hij altijd als laatste gekozen. Omdat hij niet uitblonk in sport en omdat hij niet een beste maat had. Want met het kiezen bij gym kiest iedereen zijn beste maat. En hoor jij niet bij die ketting van vrienden, dan ben jij de laatste kraal. En dat deed pijn.
Ik was ineens terug in Zeeland, ergens midden in de jaren tachtig. Ik was prima gelukkig, maar dat kiesmoment bij gym, dat kan ik nog voelen. Wachten tot wanneer dat verlichtende moment voor jou valt. Een soort Ranking the Stars avant la lettre.
Ik keek even naar rechts naar het jongetje en schopte ook tegen een steentje. Kon ik hem zeggen dat ik het maar en middeleeuws systeem vind, een kind de rest laten kiezen tijdens de gymles? Het is ‘eten of gegeten worden’, daar tussen de basketbalnetten en de ongelijke brug. In een tijd waarin we iedereen die een duwtje in de rug nodig heeft een extra zetje naar voren en naar boven geven, duwen we de net iets minder gewapenden daar in de gymzaal verder het moeras in.
Dus lieve gymleraren, tenzij jullie hier ook rekening houden met de iets minder weerbaren (laat hen juist kiezen in plaats van gekozen worden) zou ik zeggen: formeer jij die groepjes alsjeblieft. Echt, dat scheelt een hoop beurse plekken op gekneusde zieltjes.