Kak, en dan heb je corona
“Oh ja, wédden dat ik dit krijg?” Dat zei ik nog spottend toen het coronavirus net Nederland was binnengedrongen. Volgens mij nam destijds niemand het nog serieus, en dat het zich zo zou verspreiden als het geval is geweest heeft ook niemand durven denken… Ik tenminste niet. Nou goed, zo’n drie weken later schrijf dit vanuit m’n thuis quarantaine, in zelf-isolatie, want zul je net zien: ik heb dus corona gekregen.
Twee weken geleden op zondag begonnen de klachten, die ik in eerste instantie weet aan de drankhoeveelheid van de avond ervoor. Toch maar voor de zekerheid binnen gebleven en toen de klachten maandag verergerde (en mijn lichaam doet godszijdank niet aan tweedaagse katers) zag ik de bui al wel een beetje hangen. Het aparte — en uiteindelijk ook wel fijne — was dat een vriendinnetje van mij precies dezelfde klachten heeft en nog steeds een beetje hetzelfde verloop van het virus heeft. We denken dus dat we het tegelijkertijd hebben opgelopen, tijdens het sporten misschien? Maar ja, zeker weten kan je dat toch niet en dat maakt verder ook niet uit. Wel fijn dat iemand begrijpt hoe beroerd je je voelt en andersom.
Binnen blijven dus. Omdat ik in Amsterdam woon kon ik de app Luscii Vitals downloaden, van het OLVG. Daar kan je je klachten en temperatuur in opgeven. Super netjes; ik werd na een dag al gebeld door het OLVG die mij dan ‘op afstand konden diagnoseren’. Verdict: coronavirus. Dat kwam niet echt als een verrassing, maar toch heel fijn dat ze het serieus nemen en zo snel contact opnamen.
Die diagnose had ik zelf ook al wel een beetje gesteld, hoor. Meerdere nachten wakker schrikken omdat je naar adem aan het happen bent (die benauwdheid is echt no joke) en de meest bizarre pijn in m’n hele lichaam die ik ooit heb gehad. Spierpijn is het meeste wat in de buurt komt, maar dan echt o-ver-al: in m’n kuiten, rug, zelfs m’n handen — in de avond kon ik vaak niet eens m’n telefoon meer vasthouden. De droge keel en hoofdpijn maakte het af. De echt hoge koorts is bij mij gelukkig weggebleven, wel wat verhoging waardoor je je al helemaal een vaatdoek voelt.
En dan komt de opluchting: ik voel me ein-de-lijk wat beter. Hallelujah. Vorige week zondag ging het wat beter en verviel ik gelijk in m’n oude patronen: daar moest op geproost worden. Wat kan wijn lekker smaken als je er zo naar verlangt. Maandag ging ook nog prima en ik maakte al plannen om misschien einde van de week zelf boodschappen te gaan doen. Een waar feestje. Dinsdag werd er al roet in dat plannetje gegooid, want de mij nu bekende terugval kwam even behóórlijk hard binnen.
Had ik op internet al wel gelezen hoor, dat dat coronavirus dus knetterhard terugkomt. Kan ik nu beamen. Vannacht wederom 2 uur geslapen vanwege geen adem kunnen krijgen. Nul energie. Bijkomstigheid is nu de jankbuien omdat ik — pardon my French — godverdomme zo graag naar buiten wil. Dat zit er dus nog even niet in. En als ik eraan denk dat de kans heel groot is dat ik komende 2 maanden geen terras, geen restaurant en geen getapt biertje drink zijn de dijken al helemaal doorbroken. Ja ja, I know, er zijn ergere dingen in de wereld maar twee weken op dertig vierkante meter leven, alleen, doet me mentaal niet erg goed.
Dus lieve mensen. Blijf. Alsjeblieft. Binnen. Ik wil niet de spokesperson uithangen en ik ben ergens zelfs blij dat ík het heb gekregen en niet mijn vader of moeder, die in de risicogroep vallen. Maar echt, als je al één persoon minder kan besmetten door zoveel mogelijk binnen te blijven, is dat al genoeg reden.