Niet meer te pas en te onpas zoenen en huggen
“En dan die natte zoenen op je verjaardag van die verre collega”, ik nam de voordelen van het niet hoeven knuffelen en zoenen even met mijn beste vriendin door. Want eerlijk: die zijn er, zeker in huggend Amsterdam waar je om de haverklap in de armen van een vage bekende staat en je jezelf afvraagt wat je daar in godesnaam doet.
Ik weet nog dat de eerste onverlaat me een halve hug-zoen gaf, terwijl ik de persoon in kwestie nog nooit van mijn leven in fysiek had gezien. Na drie jaar op een kantoor in broodjenuchter Zeeland is dat op z’n zachtst gezegd even wennen. Daar dook ik met een verjaardag juist voor de gein bovenop mijn heel erg afstandelijke collega om haar eens een flinke pakkerd te geven en dan begon ze halverwege al te wapperen dat ik maar weer op moest zouten met al dat geknuffel van me.
Is een anderhalvemetersamenleving de oplossing in het niet meer hoeven zoenen of huggen? Het lijkt erop. De introverte mens zou er bijna een feestje voor willen geven, ook al houdt de introverte mens helemaal niet van feestjes. De nieuwe standaard lijkt een half zwaaiende begroeting, de personal space is van 70 centimeter bij een vage bekende naar 150 centimeter gegaan. En eerlijk, misschien verheugen we ons wel op dat beetje meer afstand, want bij mijn weten wil iedereen altijd de eerste week van januari vrij om al die nieuwjaarszoenen te ontwijken.
Ik weet nog wie ik als laatste een hand gaf, en jij? Het was mijn overbuurvrouw die me twee dagen na het advies van Rutte toch een beetje overviel en daarna ging ik op een holletje naar de kraan om mijn handen te wassen. Voor de laatste knuffel (op mijn vriend na gelukkig) moest ik zelfs even terugbladeren in mijn agenda naar de dag voor de persconferentie. Die kreeg ik van onze Tess Hoens. Het voelt honderd jaar geleden. Toen ik mijn kleine babyneefje vorige week zag en een akkoord kreeg van pa en ma om te kroelen heb ik ‘m dus de rest van de tijd niet meer losgelaten. Zelfs toen hij een beetje begon te pruttelen en mijn broer (aka zijn vader) kwam kijken of alles onder controle was, probeerde ik nog te doen alsof hij heus niet wilde slapen.
Aanraken is een eerste levensbehoefte, zeggen experts. Het beschermt je tegen stress en zorgt voor ontspanning. Onderzoek wijst zelfs uit dat kinderen die weinig aangeraakt worden uitgroeien tot agressievere wezens. Die vreemde knuffel kunnen we dan misschien missen, maar niet de aanraking van iemand die ons dierbaar is.
Gisteren was knuffeltechnisch de slechtste dag voor me. Ik ging naar mijn moeder, die ik in maart voor het laatst stevig vast kon pakken omdat ze nu in de risicogroep zit. Mijn beste vriendin wierp ik honderd kushandjes toe. Ook al ben ik niet het knuffelige type, ik zou mijn eigen mensen zo graag weer even fijn knijpen. Zelfs als dat betekent dat ik ook weer moet met vage bekenden, al vermoed ik dat die tijd wel voorbij is.