Als ik met vakantie ga, dan verslind ik met gemak één boek per twee dagen. En dan heb ik het niet over de dunnetjes, maar over van die dikke pillen. Mijn moeder moest me vroeger al uit de bieb plukken, want daar bleef ik rustig de hele woensdagmiddag hangen. Ik ben een boekenwurm. Alleen toen mijn wederhelft zuchtend en steunend onder het gewicht van mijn zeven boeken in zijn tas over Schiphol liep, wist ik dat het anders moest. Voor het eerst ging ik aan de e-reader. Ik, het typ dat altijd riep zo van papier te houden, wat ik trouwens nog steeds doe. Maar de verse Kobo Nia is een staaltje better then ever. Ze is een slagje groter dan je smartphone, ze weerkaatst het licht van buitenaf waardoor je niet scheel gaat kijken, ze heeft een batterijduur die bijna elk boek overleeft, ze past in je kleine tas, maar ze heeft wel ruimte voor 6000 boeken én ze is er voor een zacht prijsje dat je er in vijf gekochte boeken al uithebt. Ik ben net begonnen aan de De Zeven Zussen-serie en je mag nu drie keer raden hoeveel dikke boeken dat precies zijn. Hoofdstuk 44, op 78 procent van het boek volgens de Nia, met nog twee uur lezen voor de boeg (ook handig om te weten) en ik heb nog steeds geen lamme arm. Dit is een blijvertje.
Amayzine