10 x wat je moet weten als je naar New York gaat
New York. Het stond al een tijd in de agenda maar ik durfde me er niet op te verheugen. Straks ging het niet door, zou je net zien. Dus pas toen ik in het vliegtuig zat begon ik me een beetje aan het idee te wennen van vijf dagen dansen door mijn favoriete stad. Ik snoof het allemaal weer op en incasseerde ook de mindere momenten, die waren er namelijk ook. Vandaar mijn tips voor jou op een rij.
1. Vergeet JFK
Ik heb drieënhalf uur gewacht om de douane door te kunnen. Drieënhalf uur lang na een vlucht van zeven uur. Het was de hel op aarde. Ik zag oude oma’s die zich van pad naar pad sleepten, moeders met baby’s tegen hun buik geplakt. Op een gegeven moment besloot mijn geliefde om zelf de tocht af te leggen zodat wij aan de zijkant van de hal konden zitten en ons meisje (het was voor ons inmiddels drie uur ’s nachts) tegen me aan kon slapen. De opvoedkundige raad van mijn moeder dat ik NOOIT op de grond mag gaan zitten in een publieke ruimte, heb ik voor deze keer naast me neergelegd. Letterlijk.
Wat ik zou doen? Vlieg op Newark. Of boek Boston, blijf daar een dagje en neem de volgende dag de trein naar new York; kom je meteen binnen op Grand Central, een van de mooiste stations ter wereld.
2. De neusring is booming
Net als de tongpiercing, een lipversiering, fake lashes en extreem lange nagels. Allemaal leuk, ik houd van een extraatje, maar die neusring is aan de andere kant van de plas wel iets meer vertegenwoordigd dan hier.
3. Wat is iedereen toch aardig
En dan zegt de nuchtere Hollander vaak: ‘Maar dat menen ze niet dus is het oppervlakkig.’ Nou, ik heb het liever honderd keer ongemeend oppervlakkig en aardig dan één keer diepgaand onaardig. Het is toch net iets gezelliger als iemand je een mooie dag wenst, zegt dat je een leuke haarband in hebt (mijn dochter) en dat we een leuk setje zijn zo met z’n drietjes.
4. Er zijn twee Rock-restaurants
Namelijk Le Rock en The Rock. Ik kreeg een van de twee getipt vanwege het fantastische uitzicht, maar boekte per ongeluk het andere restaurant. Gelukkig zijn ze allebei erg goed en bijzonder, maar als je van het uitzicht wil genieten, dan moet je The Rock kiezen (deze heeft dus het mooie uitzicht).
5. Meatpacking is de wijk als je met tieners gaat
De ingang van ons hotel zat als een plakje kaas tussen de sandwich die Sephora en Gucci heet en bevond zich op een bedje van Zadig & Voltaire, All Saints met een drupje Lululemon. Dan is je kind gelukkig, hoor.
6. Je hoeft je echt niet te schamen voor de hop-on hop-off bus
Vooral niet als het lekker weer is. Je zit hoog en met je snuit in de zon en aan de audiotour is veel zorg en aandacht besteed. Ik heb alweer zoveel grappige dingen geleerd van de rit. Zoals? Nou, dat er ooit 21 olifanten over de Brooklyn Bridge werden gestuurd zodat de verzekering zeker wist dat het veilig was. Of dat je bijna nooit een yellow cab geparkeerd ziet staan omdat de chauffeurs weliswaar wisselen na acht uren, maar de auto’s doorrijden. En wist je dat er elke dag 600.000 mensen per yellow cab vervoerd worden? Ik dus niet en nu wel. Dankzij de bus.
7. Dat je echt de tijd moet nemen voor Ellen’s Stardust
Ellen’s Stardust is een all American diner waar de obers al zingend je duizend calorieën plus milkshake rondbrengen. Een fenomeen is het, maar aan reserveren doen ze niet dus je moet in de rij. En die is lang. Maar hij is het waard. En het gaat redelijk snel. Maar neem wel even de tijd.
View this post on Instagram
8. Applejack is de beste diner van New York
Stel, die rij is je te lang, ga dan naar Applejack op 1725 Broadway voor de beste, eerlijkste burger, de milkshake waar je nog wel eens smachtend van wakker gaat worden of de perfecte en meest instagrammable pancakes met blueberries en maple syrup. Als het goed is voor half bekend Amerika, dan toch ook wel voor ons?
9. De dollar staat gunstig
Redelijk. Voor 90 eurocent heb je 1 dollar te spenderen, dus dat jurkje van 100 dollar kost jou 90 euro. Ik heb het weleens andersom meegemaakt.
10. Esta hoef je niet meer te printen
Die koppelen ze meteen aan je paspoort. Handig hè?
