Saying goodbye is such sweet sorrow
Het leek een periode zonder einde, en ineens was het dan toch afgelopen. Drie weken Parijs. Met pijn in het hart namen we afscheid, en met het rouge op de kaken presenteer ik hier mijn lange lijst van dingen waar ik, ondanks die drie weken, niet aan toe ben gekomen.
– Langwerpige, rechthoekige croissants halen om de hoek bij het Ritz-hotel in de Rue Cambon.
– Naar Marin Montagut, op de Rue Madame 48 in het zesde, voor echt leuke souvenirs. Servetten, bordjes, dingen waar je blij van wordt en die je bij thuiskomst meteen terug naar Parijs zullen nemen.
– Taartjes kopen op de bovenste etage van Printemps, want daar zitten de beste banketbakkers van Frankrijk. Deze tip kreeg ik van Jannie van der Heijden, en die kan het weten.
– Een glas wijn drinken in de tuin van Le Bristol. Omdat ik daar op het idee kwam voor mijn kinderboek Cleo & Bast en omdat het zo’n gruwelijk chic hotel is waar alle celebrities logeren. Gewone stervelingen hebben wel wat belangrijkers om hun geld aan uit te geven, maar een glas wijn kan er net vanaf. En dan serveren ze er ook heus een paar olijven en wat nootjes bij. Ze hebben ook een klein boetiekje waar ze nu voor de Olympische Spelen een collectie verkopen van dat leuke merk Sporty & Rich in samenwerking met hun hotel. Wel langs gelopen, geen tijd voor gehad.
– Bij Ralph Lauren op de Boulevard de Saint-Germain-des-Prés zo’n heerlijk gebreid spencertje kopen dat speciaal voor de Olympische Spelen ontworpen is.
– Als we er toch waren, bij Ralph’s in dat te schattige binnentuintje een hamburger eten met man en meisjes. Ze brengen je daar krukjes waar je je tas op kan zetten.
– Iets kopen bij die Insta-bakker Cedric Grolet (de bakker met 11 miljoen volgers op Instagram) op de Avenue de l’Opéra.
– Ballerina’s en balletspullen kopen bij Repetto op de Avenue de l’Opéra.
– Naar het Dior Museum.
– Taartje eten bij Angelina op de Rue de Rivoli.
– Als ik daar dan toch ben, meteen ook maar een kopje thee drinken bij Le Meurice.
– Naar Ladurée om daar zo’n zalige geurkaars te kopen die ik zo voorzichtig zal opbranden dat ik nog een beetje heb tot ik weer naar Parijs ga.
Er zit maar één ding op: teruggaan.