Travel

PARIS DIARY

De laatste stad van de modemaand is aan de beurt; Parijs. De avond voordat ik naar Parijs vertrok was ik door Nationale-Nederlanden gevraagd om te spreken over ‘powervrouwen’. Nu vind ik ‘powervrouwen’ altijd een lastig woord. Ten eerste is elke vrouw krachtig (anders had Onze Lieve Heer wel bedacht dat mannen maar moesten bevallen) en vind ik dat vrouwen dat adjectief power helemaal niet nodig hebben. Ten tweede impliceert het dat ik mezelf een powervrouw vind en het is nu eenmaal vrouweigen om dan meteen honderd dingen aan te voeren die we niet goed doen.

Maar ik vind het wel heel leuk om anderen een beetje wind in de rug te blazen met lessen die ik heb geleerd (zoals deze) in de hoop dat zij net zo’n fijne werkbestemming vinden als ik. Afijn. Het praatje was in Rotterdam en de dag erna ging ik naar Parijs. Dus boekte ik een hotel (een heerlijk hotel trouwens, Hotel Le Manhattan, onthoud dat maar) op rolafstand van het station en reserveerde een pluche stoeltje in de Thalys op het vrij onchristelijke tijdstip van 06:58 uur…

Op naar Parijs. Met een knik in de knie en een knoop in de buik want na die verijdelde aanslag in de Thalys vind ik het toch eng. Op het perron hoorde ik ook een knal zo hard dat ik dacht dat het pand zou instorten maar niemand reageerde dus ik stapte braaf in mijn taxi. “26 Rue des Gravilliers, s’il vous plaît.”

Koffer gedumpt, fietsje gehuurd en hatsekiedee. Op naar de showroom van Christian Louboutin. Daar had ik wel een paar uur kunnen blijven. Vanwege de schoenen (jongens, die platte slipper met de octopus erop, die schoenen met een borduurwerk van Lesage erop…), vanwege de tassen (ik heb er een serieuze optie bij. En weet je, die Louboutin-tassen zijn zowaar best betaalbaar) en vanwege de nagebouwde kleedkamer van een revuedanseres die dit jaar de inspiratie was voor de collectie.

Omdat het maagje knorde vleide ik me neer op het terras van la Société in Saint Germain. Gebakken groentes, flesje Badoit een Marie Claire Runway (verschijnt twee keer per jaar en niet in Nederland te koop) en de herfstzon op mijn snuit.

Na de lunch op naar de showroom van Schiaparelli, je weet wel, het oude couturehuis waar de kleur Schiaparelli-pink is bedacht. Een kleurexplosie met heel veel hand- en borduurwerk. Vervolgens op het fietsje naar het Grand Palais voor de show van Barbara Bui, een van mijn favoriete labels. Geweldige collectie, ga je willen. En Romee Strijd liep mee, da’s ook altijd gezellig.

Na afloop mocht ik even backstage waar een glaasje (een bijproduct van Fashion Week) werd geschonken en Barbara Bui een diepte-interview werd afgenomen waar Jeroen Pauw nog wat van zou kunnen leren. “What is your name?” vroeg een “journaliste” haar. “And what is the name of your brand?” Ze maakte dit awardwinning interview af met de vraag: “And how do I pronounce your name?”. Arme Barbara.

Vervolgens weer op het fietsje naar het hotel waar ik had afgesproken met Simone Dernee, mijn knappe, de lieve fashion director van Marie Claire met wie ik al zoveel modesteden en –weken heb afgehobbeld. We zouden even naar Merci gaan (je weet wel, het Corso Como 10 van Parijs) en daarna iets eten om de hoek.

In Merci was een besloten modefeestje maar we zeiden iets met ‘we’re on the list’ en een seconde later stonden we binnen met een glas champagne in ons linkerhand en een brokje Parmezaanse kaas in de rechter. Toch stiekem nog iets gekocht (ik platte schoenen nota bene, ideaal voor morgen) en toen door naar restaurant Beaucoup, iets verderop. Heerlijk gegeten, minstens zo lekker gedronken en toen moe in bed gekropen. De gordijnen hield ik open want ik heb zo’n heerlijk Parijse-daken-uitzicht en voelde me helemaal Amélie.

By
Jongleert doordeweeks met kinderen en laptops, vermoedt een serieuze shopverslaving en probeert lichtelijk obsessief latte- en wijngebruik van zich af te schudden door overmatig veel te sporten.
02-10-2015
Travel
Top 3
Trending Topics
Top 3