champagneles van taittinger
Zoals u weet was ik een paar weken geleden in Champagne om veel te proeven en veel te leren. Een van de meest inspirerende tastings was bij een van Taittinger, waar ik lang sprak over hoe je nou eigenlijk champagne moet drinken. De meeste mensen beginnen namelijk over afdronk en over volle smaken en over houttinten en over weet ik veel, maar ik heb daar allemaal geen kaas van gegeten dus brabbel meestal wat lullig mee. Dus ik vroeg: “Hoe weet ik nou of ik met een goede champagne te maken heb of met bocht?” En het antwoord was ontzettend simpel maar wel heel effectief en nuttig. Komt ‘ie:
“Champagne gaat om emotie, om celebration. Je hoeft dus helemaal niet op het technische gedeelte te letten, het gaat erom wat het met je doet.”
In restaurants durf ik nooit de wijn te proeven omdat “ik er geen verstand van heb” en ook tijdens de Champagne-trip riep ik steeds verontschuldigend dat ik van niets wist. Nou, dat was nergens voor nodig zei hij. Mensen die heel moeilijk gaan kijken bij het proeven en dan alle tonen en smaken weten op te noemen zijn niet zo interessant. Champagne gaat in z’n geheel om ervaring dus dát moet centraal staan. Hij durfde te stellen dat zelfs de grote champagnekenners tijdens een blinde smaaktest niet het ene huis van het andere zouden onderscheiden.
Deze tasting was de eerste op ons programma dus ik vroeg hem hoe ik nou de daaropvolgende dagen tegemoet moest treden. “Do your own experience”, zei hij. Sluit je ogen, neem een slok en probeer helemaal bij jezelf te raden te gaan wat je ervan vindt. Te veel bubbel? Te zoet? Te weinig bubbel? Je moet je eigen smaak gaan ontwikkelen en ontdekken en dat doe je door veel te proeven, en door niet alleen maar af te gaan op wat anderen tegen je zeggen. En niet door veel te weten dus.
Dus de volgende keer dat je in een restaurant niet weet wat te bestellen, probeer te omschrijven waar je van houdt. Ik hou bijvoorbeeld van een vette wijn die van die streepjes op het glas achterlaat en hoe knullig dat ook klinkt, als ik dat zeg, krijg ik wel altijd een lekkere. Dus het werkt. Minder pretenties, meer plezier, daar wordt iedereen beter van. Plop!