Waarom je oude jeans je nieuwe weegschaal is
De laatste keer dat de weegschaal onderdeel was van mijn ochtendroutine kan ik mij niet meer herinneren. Vraag me niet naar mijn gewicht of BMI, want een antwoord kan ik je niet geven. Ik heb er geen en ik wil er geen. Geef me een spiegel of mijn lievelingsbroek (een oudje, beste maatstaaf) en ik weet of ik tevreden ben met mijn lijf. En wat blijkt? Jij doet dat ook. Volgens een recente poll van het Amerikaanse enquêtebureau Harris Poll bewaart 39% van de vrouwen een te strakke jeans voor het geval ze ooit wat kilo’s verliezen en de knoop weer dicht krijgen.
Dat getalletje op jouw grootste vijand zegt namelijk helemaal niets, weet jij, weet ik. Ben je bijvoorbeeld sinds kort je weg aan het vinden in het krachthonk? Dan is de kans groot je spierballen aan het kweken bent. En laten die spierbundels nou net wat zwaarder wegen dan dat rolletje vet dat uitpiept boven je broek.
Heb je een nachtje doorgehaald? Dan hebben die laatste shotjes wodka er waarschijnlijk voor gezorgd dat je compleet bent uitgedroogd, terwijl die zoutrijke afhaalchinees van de avond daarvoor er weer voor zorgde dat je behoorlijk wat vocht vasthield. 60 wordt 61 en nog geen zes uur verder staat er 61,5 op de teller. Kortom, knikker die weegschaal maar gauw het raam uit. Die brengt je nergens.
En dat zuig ik niet uit mijn duim. Voedingsdeskundige Melina Jampolis uit Los Angeles is het volledig met mij eens. ‘Je in dat oude exemplaar proppen kan in principe geen kwaad als richtlijn. Op die manier leg je meer de nadruk op je lichaamssamenstelling dan op een willekeurig nummertje op de weegschaal. En dat is belangrijk als je gezond wilt blijven. Het is daarnaast een kosteloze manier om jezelf te belonen voor je gezonde inspanningen,’ aldus de Amerikaanse deskundige.
Beter laat je die oude Levi’s, waar je billen vijf jaar geleden zo goed in uitkwamen, dus gewoon op de stapel en laat je je weegschaal vanavond per ongeluk uit het raam vallen. Je bovenste knoopje is voortaan je meetlat. En die spiegel, die liegt ook nooit.