Niet meer weten welke dag het is blijkt goed voor je te zijn
Om half zeven rukte de wekker me uit mijn slaap, ik was volledig kwijt welke dag het zou kunnen zijn, had geen idee wat ik moest gaan doen en waarom, maar gelukkig herkende ik de man naast me dan weer wel. Dat was toch een meevallertje.
Na wat gegraaf in mijn bovenkamer bleek het maandag, de dag waarop ik mezelf beloofd had te starten met vijftien kilometer fietsen terwijl het windkracht zes waaide. Het zou kunnen dat ik even heb liggen bedenken of ik kon doen alsof het zaterdag was, maar na dat fietsen kwam het werken dus dat het bleek een onuitvoerbaar plan.
Heb je iemand recent aan je horen vragen of het nou dinsdag of woensdag was? Hoe komt het dat je soms niet meer weet welke dag het is? Het heeft alles met je tijdsbesef in quarantaine te maken, want die verdwijnt zachtjesaan. Nu de dagen steeds meer op elkaar gaan lijken en in elkaar overgaan, verlies je het besef van de tijd.
Normaal gesproken heb ik personal training op donderdag, borrel ik met collega’s op vrijdag, ga ik bij mijn moeder langs op zaterdag en weet ik wie op de redactie werkt op maandag. Nu borrel ik op dagelijkse basis, zie ik geen kip behalve de zwaaiende buurvrouw en begin ik mijn dag met een ritje te fiets of wandel ik in het bos (want wandelen maakt je slimmer).
De tijd kwijt zijn zou juist goed kunnen zijn, legt filosoof Joke Hermsen uit aan Trouw. Was het tot begin maart nog uurtje-factuurtje, nu hangt er ineens niet meer zoveel waarde aan de tijd. Je hyperventileert jezelf niet meer door een file heen, omdat je afspraak van negen uur vast al op de stoep staat. En ook deel je zelf in hoe laat je eet, wanneer je belt en of je ’s avonds nog even iets afmaakt zodat je nu naar de kapper kan (!).
Op het moment dat uren de hoogte van je inkomen gingen bepalen (dat was zo ergens rond de industrialisatie) kwam er druk op de tijd te staan. Want: minder uren waren minder kosten en voilà, daar heb je je recept voor stress. Tijd is geld en dus wordt tijd automatisch ook iets stressvols.
Maar nu opent de ene dag zich (wat bij mij dus niet zo vredig ging als het hier klinkt), de andere gaat dicht, zonder dat de tijd daar heel veel invloed op heeft. Natuurlijk werk je, maar je bent vrijer in het indelen van (jawel) je eigen tijd. De druk op tijd neemt daardoor af. Het teveel aan tijd kan trouwens ook een beetje overwhelming zijn, maar nog beter is om nu juist te proberen om los te komen van al die uren en dagen en weken, volgens filosoof Hermsen. De manier zou zijn om niet te kijken naar de tijd als iets wat je hebt, maar als iets wat je bent.
Laat dat maar even op je inwerken, ja, heb je nu per slot van rekening ook tijd zat voor.
Bron: Trouw