De wetenschappelijke manier om zin te krijgen in sporten
Mijn drang om te sporten verdwijnt zodra de temperatuur boven de 20 graden gaat. Sport maakt plaats voor lange avonden met bitterballen en wijn op het terras en vanaf dat moment werkt alles tegen je (en tegen me). ’s Ochtends gaat een uur langer slapen heel snel boven een rondje op de crosstrainer en ’s avonds gaat dat glas uiteraard wijn boven een uur bootcampen. Niet gek, volgens wetenschappers.
Uit onderzoek van Yale blijkt dat je zin om te sporten door de dag heen flink schommelt. Het is dus niet zo dat jij gewoon de antisporter zelve bent. Het kan best zijn dat je rond de lunch een enorme sportdrift hebt, waardoor het veel makkelijker is om ook echt te doen. Het is een beetje zoals met je hongergevoel: rond de klok van vier ga je toch makkelijker snaaien.
Zo is de kans nihil dat je mij ’s avonds, op wat wandelen na, een lichamelijke activiteit ziet beoefenen. Mezelf motiveren kost me al de wereld aan kracht, kun je nagaan dat ik het ook echt zou moeten doen. Ik word al moe van het idee. Terwijl je me van ’s ochtends zes tot ’s middags twee best op een lichamelijke activiteit kunt betrappen. Het lijkt wel alsof mijn lijf dan makkelijker meewerkt. Dat klopt, zeggen weer de wetenschappers.
Het is daarom een goed idee om te variëren en proberen met de tijd waarop je sport. Ja, dat betekent dat je inderdaad een keer op dat gruwelijke tijdstip naar de sportschool moet om te ontdekken dat het niks voor je is. Maar begin eens met de tijdstippen op een dag waarop het net wat minder erg voelt, grote kans dat het je makkelijker afgaat. En voilà: de manier volgens de wetenschap om aan het sporten te slaan.
Psychologie Magazine heeft trouwens nog een geestige tip ter motivatie, die ik confronterend doch vermakelijk vind. Hang een foto van een fit iemand in beeld, want wetenschappelijk onderzoek wijst ook uit dat je dan zelf sneller gemotiveerd raakt. Kiki Düren, so you know: ik ga een foto van jou op de badkamerspiegel plakken, in de hoop dat ik straks weer keurig elke ochtend mijn routine afwerk. Want dat is iets dat zeker is na stevig persoonlijk onderzoek: ik hang het liefst ’s ochtends in de gewichten.
Eén geruststelling: gelukkig zijn mensen die niet van sport houden vaak geliefd.
Bron: Psychologie Magazine